top of page
Onevenwichtige schalen van gerechtigheid

Statuten

STATUTENWIJZIGING 93-0740 

Heden, de vijfde oktober negentienhonderd vier en negentig, verscheen voor mij, Meester Antonius Franciscus Maria Vos, notaris, wonende te Dronten - hierna te noemen: "notaris" -, als plaatsvervanger waarnemende het kantoor van Meester Victor Maarten Jan Hak, notaris ter standplaats Lelystad: de heer Frederik Hendrik Bijker, bouwkundige, geboren te Enschede op vijf en twintig mei negentienhonderd negen en veertig, wonende te Lelystad, 8242 CK, Boeier 04-32, gehuwd, die zich legitimeerde met nederlands paspoort nummer C192673, ten deze handelend als voorzitter van de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid Zwem- en Poloclub "De Houtrib", gevestigd te Lelystad, kantoorhoudende te Lelystad, 8243 VZ, Schoener 43-08, ingeschreven in
het verenigingenregister gehouden door de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Flevoland onder nummer V60089 en als zodanig bevoegd die vereniging overeenkomstig artikel 21 lid 6 van de statuten ten deze te vertegenwoordigen. 

 

De comparant, handelend als gemeld, verklaarde: 

  • dat op zestien juni negentienhonderd één en zeventig is opgericht de hiervoor genoemde 

  • vereniging; 

  • dat de statuten van de vereniging laatstelijk zijn gewijzigd bij akte op zeventien december negentienhonderd zes en tachtig verleden voor Mr. V.M.J. Hak voornoemd; 

  • dat op twee en twintig november negentienhonderd drie en negentig een algemene ledenvergadering is bijeengeroepen en gehouden ter behandeling van een voorstel tot statutenwijziging zoals in de oproep ter vergadering is vermeld; 

  • dat ter vergadering het statutair voorgeschreven quorum niet aanwezig was; 

  • dat overeenkomstig artikel 21 lid 4 van de statuten op dertien december negentienhonderd drie en negentig een tweede algemene ledenvergadering is bijeengeroepen en gehouden, waarin mitsdien over het voorstel tot statutenwijziging kon worden besloten, ongeacht het aantal tegenwoordige of vertegenwoordigde stemmen; 

  • dat het voorstel tot statutenwijziging in die vergadering met algemene stemmen is aangenomen, waarvan blijkt uit de notulen van die vergadering waarvan een copie aan deze akte is gehecht; o dat de vereniging als lid is aangesloten bij de Koninklijke Nederlandse Zwembond, gevestigd te Nieuwegein, hierna te noemen: KNZB;

  •  dat overeenkomstig artikel 21 lid 5 van de statuten deze statutenwijziging mitsdien de 
    goedkeuring behoeft van de KNZB, welke goedkeuring is verkregen blijkens het aan deze akte 
    gehechte, door de KNZB gewaarmerkte ontwerp. 

De comparant, handelend als gemeld, verklaarde ter uitvoering van gemeld ledenbesluit de statuten van de vereniging gewijzigd vast te stellen als volgt:

NAAM EN ZETEL 
Artikel 1. 

  1. De vereniging draagt de naam: Zwem- en Poloclub "De Houtrib". 

  2. Zij heeft haar zetel in de Gemeente Lelystad. 

 

DUUR 

Artikel 2. 
De vereniging, welke is opgericht op zestien juni negentienhonderd een en zeventig is thans aangegaan voor onbepaalde tijd. 

DOEL 
Artikel 3. 

  1. De vereniging stelt zich ten doel de beoefening van het zwemmen, in de ruimste zin, te bevorderen en meer algemeen te maken. 

  2. De vereniging tracht dit doelondermeer te bereiken door het verwerven en het daarna behouden van het lidmaatschap van de Koninklijke Nederlandse Zwemband, gevestigd te Nieuwegein, onder erkenning van de KNZB als enig besturend en controlerend lichaam op zwemgebied in Nederland. 

  3. De vereniging is tevens aangesloten bij de kring Gelderland van de KNZB. Hetgeen in artikel 8 wordt gesteld ten aanzien van de KNZB geldt tevens voor de kring Gelderland van de KNZB.

  4. De vereniging kan zich daartoe eveneens aansluiten bij andere stichtingen, verenigingen of vormen van organisatie, mits hiertoe door de algemene vergadering wordt besloten en mits een aan de aansluiting voorafgaande schriftelijke verklaring van geen bezwaar door de KNZB is afgegeven.

  5. De vereniging kan ter bereiking van haar doel afdelingen en commissies instellen, waarin aan bepaalde facetten specifiek aandacht wordt besteed.

 

BOEKJAAR 
Artikel 4. 
Het boekjaar van de vereniging valt samen met het kalenderjaar. 

 

INRICHTING 
Artikel 5. 

  1. Organen van de vereniging zijn het bestuur, de algemene vergadering alsmede alle overige personen en commissies, die krachtens de statuten door de algemene vergadering belast zijn met een nader omschreven taak en aan wie daarbij door de algemene vergadering beslissingsbevoegdheid is toegekend. 

  2. De organen van de vereniging, bedoeld in lid 1, hebben geen rechtspersoonlijkheid. 

 

LEDEN 

Artikel 6. 

  1. Leden van de vereniging zijn natuurlijke personen, die op hun verzoek door het bestuur als lid zijn toegelaten. 

  2. Minderjarigen, die als lid wensen te worden toegelaten dienen bij hun aanvraag een schriftelijke toestemming van hun wettelijke vertegenwoordiger over te leggen. 

  3. Ingeval van niet toelating door het bestuur zal op verzoek van de betrokkene door de eerstvolgende algemene vergadering alsnog over toelating worden beslist.

  4. Personen, die door de KNZB of de kring levenslang zijn uitgesloten van deelname aan enige activiteit, dan wel het recht functies in de KNZB te bekleden, kunnen niet als lid van de vereniging worden toegelaten. 

  5. De leden worden onderscheiden in: a. ereleden; b. leden van verdienste; c. seniorleden; d. juniorleden. 

  6. Ereleden zijn natuurlijke personen, die op grond van buitengewone verdiensten voor de vereniging op voordracht van het bestuur of van tien stemgerechtigde seniorleden door de algemene vergadering als zodanig zijn benoemd. Zij hebben dezelfde rechten en verplichtingen als de overige leden doch zijn vrijgesteld van contributiebetaling.

  7. Leden van verdienste zijn natuurlijke personen, die op grond van bijzondere verdiensten voor de vereniging als zodanig door het bestuur zijn benoemd. Op hen is het bepaalde in de laatste zin van het vorige lid van toepassing. 

  8. Seniorleden zijn natuurlijke personen die op of voor een januari van het betreffende boekjaar de leeftijd van zestien jaar hebben bereikt. 

  9. Juniorleden zijn natuurlijke personen die op of voor een januari van het betreffende boekjaar nog niet de leeftijd van zestien jaar hebben bereikt. Juniorleden die de zestienjarige leeftijd bereiken worden bij de aanvang van het volgend verenigingsjaar automatisch als seniorlid beschouwd.

 

ONDERSTEUNENDE LEDEN 
Artikel 7. 

  1. Ondersteunende leden zijn natuurlijke personen of rechtspersonen, die zich jegens de vereniging verplichten tot voldoening van een jaarlijkse bijdrage, waarvan het minimum door de algemene vergadering wordt bepaald en die door het bestuur als zodanig zijn aangenomen. 

  2. Ondersteunende leden zijn geen leden van de vereniging als bedoeld in artikel 6 en hebben geen andere rechten en verplichtingen, dan die welke aan hen bij of krachtens de statuten en reglementen van de vereniging zijn toegekend of opgelegd. 

  3. De rechten en verplichtingen van ondersteunende leden kunnen te allen tijde wederzijds door opzegging worden beëindigd, met dien verstande, dat bij opzegging door een ondersteunend lid de jaarlijkse bijdrage voor het lopende boekjaar voor het geheel verschuldigd blijft. 

  4. Opzegging namens de vereniging geschiedt door het bestuur. 

 

VERPLICHTINGEN VAN DE LEDEN 

Artikel 8. 

1. De leden zijn verplicht: 

a. de statuten en reglementen van de vereniging en de besluiten van de organen van de vereniging, bedoeld in artikel 5 na te leven en de jurisdictie van de daarin vermelde organen te erkennen; 
b. zich jegens en ten opzichte van de vereniging te gedragen naar hetgeen door redelijkheid en billijkheid wordt gevorderd; 

c. de belangen van de vereniging en haar organen, die van de KNZB en haar organen en die van de zwemsport in het algemeen niet te schaden; 
d. alle overige verplichtingen te aanvaarden en na te komen, welke uit het lidmaatschap 
voortvloeien of welke de vereniging in naam van haar leden aangaat.

2. De leden en andere aangeslotenen alsmede degenen, die in de vereniging een functie, welke dan ook, bekleden, onderwerpen zich door de aanvaarding van hun lidmaatschap, aangeslotene zijn of functie tegenover de KNZB aan dezelfde verplichtingen, waaraan de vereniging als lid van de KNZB is of zal zijn onderworpen, waaronder begrepen mitsdien de verplichting de statuten en reglementen van de KNZB en de besluiten van zijn organen na te leven, alle overige verplichtingen te aanvaarden, welke uit het lidmaatschap van de vereniging als lid van de KNZB en lid van de kring Gelderland voortvloeien of welke de KNZB in naam van zijn leden aangaat, en zich te onderwerpen aan de tuchtrechtspraak,- de disciplinaire rechtspraak, de arbitraire rechtspraak en de administratieve rechtspraak, zoals vastgelegd en nader geregeld in de daarop betrekking hebbende reglementen van de KNZB, evenwel voor wat de door de KNZB en/of de kring Gelderland in naam van zijn leden aangegane verplichtingen tevens betrekking hebben op de leden van de vereniging. Onder andere aangeslotenen worden in dit artikel mede verstaan zij, die op enigerlei wijze min of meer regelmatig van de diensten van de vereniging gebruik maken. De vereniging is bevoegd om in naam van haar leden tegenover de KNZB de verplichtingen aan te gaan, als in dit lid omschreven. 
3. De vereniging kan daarnaast tegenover derden, voor zover uit deze statuten niet het tegendeel voortvloeit, ten behoeve van de leden rechten bedingen en, voorzover dit in de statuten uitdrukkelijk is bepaald en onder verwijzing naar artikel 15, de leden 3 en 4, te hunnen laste verplichtingen aangaan. 
4. Een besluit waarbij rechten zijn beperkt of verplichtingen zijn verzwaard, is niet op een lid van toepassing indien, met inachtneming van het artikel 11 lid 5 bepaalde, een lid het besluit te zijnen opzichte uitsluit door opzegging van het lidmaatschap.

TUCHTRECHTSPRAAK 
Artikel 9. 

1. Aan de tuchtrechtspraak van de vereniging zijn alle leden en andere aangeslotenen onderworpen. 
2. In het algemeen zal strafbaar zijn handelen of nalaten in strijd met de statuten, reglementen 
en/of besluiten van de organen van de vereniging. 
3. Voor zover deze bevoegdheid niet aan een door de algemene vergadering te benoemen 
commissie, belast met de tuchtrechtspraak is opgedragen, is het bestuur bevoegd om ingeval van overtredingen als bedoeld in lid 2 van dit artikel de volgende straffen op te leggen. 
a. berisping; 
b. ernstige berisping; 
c. tuchtrechtelijke boete; 
d. schorsing. 
4. De competentie, samenstelling, bevoegdheden en werkwijze van de in lid 3 bedoelde commissie, alsmede de procesgang kunnen nader worden geregeld in een afzonderlijk door de algemene vergadering vast te stellen tuchtreglement. 
5. Tuchtrechtelijke boeten kunnen worden opgelegd tot ten hoogste de door de algemene 
vergadering vastgestelde maxima. 
6. Schorsing van het lidmaatschap kan worden opgelegd tot ten hoogste de door de algemene vergadering vastgestelde maximumperioden. Gedurende de periode, dat een lid geschorst is, blijft het gehouden aan zijn verplichtingen tegenover de vereniging en heeft het tegenover de vereniging geen andere rechten dan zich te verweren in tuchtzaken, beroep in te stellen en gratie te verzoeken. 
7. Ontzetting uit het lidmaatschap kan alleen door de algemene vergadering worden uitgesproken, indien een lid in ernstige mate in strijd met de statuten, reglementen of besluiten van organen van de vereniging handelt of de vereniging op onredelijke wijze benadeelt. 
8. Nadat tot ontzetting is besloten, wordt de betrokkene ten spoedigste door middel van een 
aangetekend schrijven van het besluit, met opgave van redenen in kennis gesteld. 
9. Zowel bij de behandeling door het bestuur casu quo de tuchtcommissie als bij de behandeling door de algemene vergadering kan de betrokkene, indien hij al dan niet op zijn verzoek persoonlijk wordt gehoord, zich door een raadsman doen bijstaan. 

10. De algemene vergadering benoemt een commissie van beroep. De mogelijkheden van beroep worden geregeld in het huishoudelijk reglement. Het lidmaatschap van de commissie van beroep is onverenigbaar met het lidmaatschap van het bestuur of een van de door het bestuur ingestelde commissies van de vereniging.

GELDMIDDELEN - CONTRIBUTIE 
Artikel 10.

 1. De geldmiddelen van de vereniging bestaan uit: 

a. contributies; 
b. bijdragen; 
c. cursus- en examengelden, alsmede inschrijf- en inleggelden; 
d. andere heffingen krachtens besluit van de algemene vergadering; 
e. subsidies; 
f. giften, erfstellingen, legaten en renten; 
g. alle andere baten.

 2. De leden zijn gehouden tot het betalen aan de vereniging van een jaarlijkse contributie, welke door de algemene vergadering wordt vastgesteld. De leden kunnen in categorieën worden ingedeeld, die een verschillende contributie betalen. 
3. Wanneer het lidmaatschap in de loop van het boekjaar eindigt blijft niettemin de contributie voor het gehele jaar verschuldigd. 
4. Het bestuur is bevoegd in bijzondere gevallen gehele of gedeeltelijk ontheffing van de 
verplichting tot het betalen van contributie te verlenen. 
5. De contributie kan door het bestuur elk jaar worden verhoogd overeenkomstig de door de KNZB gehanteerde index-verhoging. 
6. Cursus- en examengelden, alsmede inschrijf- en inleggelden worden door het bestuur 
vastgesteld.

7. De vereniging kan erfstellingen slechts aanvaarden onder het voorrecht van boedelbeschrijving. Giften en legaten, waaraan een last of een voorwaarde is verbonden, mogen niet worden aanvaard zonder toestemming van de algemene vergadering.

EINDE LIDMAATSCHAP 
Artikel 11. 

1. Het lidmaatschap eindigt: 

a. door overlijden van het lid; 
b. door opzegging door het lid; 
c. door opzegging door de vereniging door het bestuur; 
d. door ontzetting overeenkomstig het bepaalde in artikel 9 lid 7. 

2. Opzegging door de vereniging kan geschieden wanneer een lid heeft opgehouden aan de 
vereisten voor het lidmaatschap te voldoen of wanneer hij zijn verplichtingen jegens de 
vereniging niet nakomt of wanneer van de vereniging redelijkerwijze niet gevergd kan worden 
het lidmaatschap te laten voortduren. 
3. Opzegging van het lidmaatschap door het lid of door de vereniging kan slechts geschieden tegen het einde van een boekjaar en met inachtneming van een opzeggingstermijn van tenminste een maand. 
4. Een opzegging in strijd met het in lid 3 bepaalde doet het lidmaatschap eindigen op het vroegst toegelaten tijdstip, volgende op de datum, waartegen was opgezegd. 
5. Een opzegging als bedoeld in artikel 8 lid 4 dient te geschieden binnen een maand, nadat het bedoelde besluit aan het lid is bekend geworden of is medegedeeld. 
6. In afwijking van het in lid 3 bepaalde kan opzegging door het lid met onmiddellijke ingang voorts geschieden binnen één maand nadat hem een besluit tot omzetting van de vereniging in een andere rechtsvorm of een besluit tot fusie is meegedeeld. 
7. In afwijking van het in lid 3 bepaalde kan opzegging door de vereniging met onmiddellijke ingang plaats hebben, indien redelijkerwijze van de vereniging niet gevergd kan worden het 
lidmaatschap langer te laten voortduren. 
8. Behalve ingeval van overlijden wordt een lid, dat heeft opgezegd, geacht nog lid te zijn, zolang het niet heeft voldaan aan zijn geldelijke verplichtingen ten opzichte van de vereniging of zolang enige aangelegenheid, waarbij het lid betrokken is niet is afgewikkeld, de tenuitvoerlegging van een opgelegde straf daarin begrepen. Gedurende deze periode kan de betrokkene geen rechten uitoefenen. 

BESTUUR 
Artikel 12. 

1. Het bestuur van de vereniging bestaat uit tenminste vijf meerderjarige leden, die door de 
algemene vergadering worden gekozen uit de leden, te weten: een voorzitter, een secretaris, een penningmeester en tenminste twee andere bestuursleden. De functies van secretaris en 
penningmeester kunnen ook in een hand verenigbaar zijn, in welk geval in het bestuur tenminste drie andere bestuursleden zitting hebben. 
2. Het aantal bestuursleden wordt vastgesteld door de algemene vergadering, terwijl de voorzitter, secretaris en penningmeester in een functie worden gekozen. Het Bestuur verdeelt de overige functies en doet hiervan mededeling aan de leden. 
3. Het dagelijks bestuur wordt gevormd door de voorzitter, secretaris, penningmeester en voor 
zover aanwezig vice-voorzitter, tweede secretaris en tweede penningmeester, alsmede een uit 
zijn midden aan te wijzen lid. 
4. Elk bestuurslid, ook wanneer het voor een bepaalde tijd is benoemd, kan te allen tijde door het orgaan dat hem benoemde worden ontslagen of geschorst. Een schorsing, die niet binnen drie maanden gevolgd wordt door een besluit tot ontslag, eindigt door het verloop van die termijn. 
5. De bestuursleden worden gekozen voor de tijd van drie jaar onverminderd het verder in dit lid bepaalde. Jaarlijks treden een of meer van deze bestuursleden af in de algemene vergadering, waarin het bestuur rekening en verantwoording doet over het afgelopen boekjaar volgens een door het bestuur op te maken rooster, ook als is de termijn van drie jaar nog niet dan wel reeds eerder in dat boekjaar verstreken. De aftredenden zijn, behoudens het in lid 7 bepaalde, terstond herkiesbaar; wie in een tussentijdse vacature wordt benoemd, neemt op het rooster de plaats van zijn voorganger in. 
6. Tot een week voor de algemene vergadering kunnen door het bestuur of tenminste tien 
stemgerechtigde leden kandidaten worden gesteld voor te vervullen vacatures. Door de 
algemene vergadering zelf kunnen kandidaten worden gesteld bij een besluit genomen met een meerderheid van tenminste tweederde van de geldig uitgebrachte stemmen. 
7. Het bestuurslidmaatschap eindigt:

a. door overlijden of bedanken; 
b. door verlies van hoedanigheid van lid van de vereniging.

8. Ieder bestuurslid is tegenover de vereniging gehouden tot een_behoorlijke vervulling van de hem opgedragen taak. Indien het een aangelegenheid betreft, die tot de werkkring van twee of meer bestuursleden behoort, is ieder van hen hoofdelijk aansprakelijk tegenover de vereniging, tenzij hij bewijst, dat de tekortkoming niet aan hem te wijten is en dat hij niet nalatig is geweest in het treffen van maatregelen om de gevolgen daarvan af te wenden.

BESTUURSTAAK 
Artikel 13. 

1. Behoudens de beperkingen volgens de statuten is het bestuur belast met het besturen van de vereniging terwijl het dagelijks bestuur belast is met de behandeling van alle lopende en 
spoedeisende zaken. 
2. Indien het aantal bestuursleden beneden vijf is gedaald of het aantal leden van het dagelijks 
bestuur beneden drie, blijven zowel het bestuur als het dagelijks bestuur bevoegd, doch is het 
bestuur verplicht zo spoedig mogelijk een algemene vergadering bijeen te roepen ter voorziening in de vacatures. 
3. Het bestuur is bevoegd onder zijn verantwoordelijkheid bepaalde onderdelen van zijn taak te doen uitvoeren door commissies, waarvan de leden door het bestuur worden benoemd en te allen tijde kunnen worden ontslagen. Het bepaalde in artikel 12 lid 4 is daarbij van 
overeenkomstige toepassing. Onder de door het bestuur in te stellen commissies zijn niet 
begrepen: 

a. de financiële commissie: 
b. de tuchtcommissie; 
c. de commissie van beroep, welke door de algemene vergadering worden gekozen, indien tot instelling daarvan door de algemene vergadering wordt besloten. 

VERGADERINGEN VAN BESTUUR EN DAGELIJKS BESTUUR 
Artikel 14. 

1. Tenzij het bestuur casu quo het dagelijks bestuur anders bepaalt vergadert het betreffende 
bestuur wanneer de voorzitter of de secretaris zulks verzoeken. 
2. Het bestuur en het dagelijks bestuur kunnen ook buiten vergadering besluiten nemen, mits dit schriftelijk, telegrafisch of per telex geschiedt, alle leden van het betreffende bestuur in het te nemen besluit zijn gekend en geen hunner zich tegen deze wijze van besluitvorming verzet. A 
3. Alle besluiten, welke in vergadering worden genomen, kunnen slechts worden genomen met de volstrekte meerderheid van de uitgebrachte geldige stemmen, mits in de betreffende vergadering de volstrekte meerderheid van de in functie zijnde leden aanwezig is, terwijl de besluiten bedoeld in lid 2 slechts kunnen worden genomen met de volstrekte meerderheid van de stemmen, die door alle fungerende bestuursleden kunnen worden uitgebracht, ongeacht of deze stemmen alle zijn uitgebracht. 
4. Blanco stemmen worden niet als uitgebrachte stemmen geteld. 
5. Over elk voorstel wordt afzonderlijk en mondeling gestemd, tenzij de voorzitter zonder 
tegenspraak uit de vergadering een andere wijze van stemmen bepaalt of toelaat. 
6. Van het verhandelde in elke vergadering worden door de secretaris, of een door het bestuur uit haar midden benoemde notulist, notulen gehouden, die in de eerstvolgende vergadering van het betreffende bestuur worden vastgesteld. 
7. De secretaris neemt de besluiten, welke op de wijze als in lid 2 omschreven zijn tot stand 
gekomen in het notulenregister van het betreffende bestuur op en doet daarvan in de 
eerstvolgende vergadering van het betreffende bestuur mededeling. 

VERTEGENWOORDIGING 
Artikel 15. 

1. De vereniging wordt vertegenwoordigd door: 
- het bestuur in zijn geheel; 
- hetzij door de voorzitter tezamen met de secretaris, mits deze niet tevens penningmeester is; 
- hetzij door de voorzitter tezamen met een der overige bestuursleden, niet zijnde de 
penningmeester of de secretaris-penningmeester; 
- hetzij, indien de functies van secretaris en penningmeester in één persoon verenigd zijn, door het derde lid van het dagelijks bestuur tezamen met één der overige bestuursleden, niet zijnde de secretaris-penningmeester. 
2. Aan de penningmeester cas u quo de secretaris-penningmeester, die geen statutaire 
vertegenwoordigingsbevoegdheid heeft, wordt schriftelijk volmacht verleend tot het innen van 
gelden en tot het beschikken over de kasgelden en de bank- en girorekeningen van de 
vereniging, aan welke bevoegdheid beperkingen kunnen worden gesteld, welke mits 
gepubliceerd overeenkomstig de wet, door en aan derden kunnen worden tegengeworpen. 
3. Het bestuur is, mits met voorafgaande goedkeuring van de algemene ledenvergadering, bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot het verkrijgen, vervreemden of bezwaren van registergoederen, het aangaan van overeenkomsten, waarbij de vereniging zich als borg of hoofdelijk mede-schuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot 
zekerheidstelling voor een schuld van een derde verbindt. De voorwaarde dat er voorafgaande goedkeuring door de algemene ledenvergadering moet worden verleend, kan slechts door de vereniging worden ingeroepen. 
4. Bestuursleden, aan wie hetzij krachtens deze statuten hetzij krachtens volmacht 
vertegenwoordigingsbevoegdheid is toegekend, oefenen deze bevoegdheid niet uit, dan nadat tevoren een besluit door het bestuur, het dagelijks bestuur, de algemene ledenvergadering of enig ander bevoegd orgaan van de vereniging is genomen, waarbij tot het aangaan van de betrokken rechtshandeling(en) is besloten. Het ontbreken van een dergelijk besluit kan aan derden niet worden tegengeworpen. 

REKENING EN VERANTWOORDING 
Artikel 16.

 1. Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de vereniging zodanig aantekening te houden dat daaruit te allen tijde haar rechten en verplichtingen kunnen worden gekend. 
2. Het bestuur brengt behoudens verlenging van deze termijn door de algemene vergadering 
binnen vier maanden na afloop van het boekjaar op een algemene vergadering zijn jaarverslag 
uit over de gang van zaken in de vereniging en over het gevoerde beleid. Het legt de balans en de staat van baten en lasten met een toelichting ter goedkeuring aan de vergadering over. Deze stukken worden ondertekend door de bestuurders; ontbreekt de ondertekening van een of meer bestuurders dan wordt daarvan onder opgave van redenen melding van gemaakt. Na verloop van de termijn kan ieder lid van de gezamenlijke bestuurders in rechte vorderen dat zij deze verplichting nakomen. 
3. De algemene vergadering benoemt uit de meerderjarige leden een financiële commissie, 
bestaande uit tenminste drie personen, welke personen geen deel mogen uitmaken van het 
bestuur. 
4. De leden van de financiële commissie worden gekozen voor de duur van drie jaar, onverminderd het verder in dit lid bepaalde. Jaarlijks treden een of meer leden af volgens een door de financiële commissie op te stellen rooster en wel in de in het betreffende boekjaar te houden algemene vergadering, waarin het bestuur zijn jaarverslag uitbrengt en rekening en 
verantwoording doet, ook al is de termijn van drie jaar nog niet of reeds eerder in dat boekjaar 
verstreken. De aftredenden zijn aansluitend slechts eenmaal herkiesbaar. 
5. De financiële commissie onderzoekt de rekening en verantwoording van het bestuur en brengt aan de algemene vergadering verslag van haar bevindingen uit. 
6. De financiële commissie kan, indien het onderzoek van de rekening en verantwoording bijzondere boekhoudkundige kennis vereist, zich voor rekening van de vereniging door een deskundige doen bijstaan. 
7. De opdracht aan de financiële commissie kan te allen tijde door de algemene vergadering worden herroepen, doch slechts door de verkiezing van een andere commissie. 
8. Het bestuur is verplicht aan de financiële commissie en aan de in lid 6 bedoelde deskundige, alle door deze gewenste inlichtingen te verschaffen, desgewenst de kas en de waarden te tonen en inzage van de boeken en bescheiden van de vereniging te geven. 
9. Goedkeuring door de algemene vergadering van de rekening en verantwoording strekt het 
bestuur tot decharge voor alle handelingen, voor zover die uit de rekening en verantwoording 
blijken. 
10. Het bestuur is verplicht de bescheiden als bedoeld in de leden 1, 2 en 5 tien jaar lang te 
bewaren. 

ALGEMENE VERGADERING 
Artikel 17. 

1. Jaarlijks zal uiterlijk vier maanden na afloop van het boekjaar een algemene vergadering worden gehouden. 
2. De agenda van de in lid 1 bedoelde vergadering bevat tenminste: 

a. vaststelling van de notulen van de vorige algemene vergadering; 
b. vaststelling van het jaarverslag van de secretaris; 
c. behandeling en vaststelling van de rekening en verantwoording over het afgelopen boekjaar; 
d. vaststelling van de jaarlijkse contributie; 
e. vaststelling van de begroting voor het lopende boekjaar, alsmede de voorlopige begroting van het komende boekjaar; 
f. voorziening in vacatures; 
g. vaststelling financiële commissie; 
h. vaststelling tuchtcommissie;i. vaststelling van de commissie van beroep. 

3. Naast de in lid 1 bedoelde algemene vergadering worden algemene vergaderingen gehouden, wanneer dit door het bestuur nodig wordt geacht, terwijl het bestuur verplicht is op een termijn van vier weken een algemene vergadering bijeen te roepen, wanneer een zodanig aantal leden, dat bevoegd is om tien procent van de stemmen van alle leden uit te brengen, dit schriftelijk aan het bestuur verzoekt onder opgave van de te behandelen punten. 
4. Het bestuur is verplicht binnen veertien dagen aan het in lid 3 bedoelde verzoek gevolg te geven, bij gebreke waarvan de verzoekers zelf tot de bijeenroeping van de algemene vergadering kunnen overgaan en in het voorzitterschap en het secretariaat van die vergadering kunnen voorzien. 
5. De algemene vergadering wordt gehouden in de gemeente, waarbinnen de vereniging haar zetel heeft en wordt door of namens het bestuur schriftelijk bijeen geroepen door toezending van een oproep, dan wel het verenigingsorgaan welke door het bestuur vastgestelde agenda bevat, aan de leden, zulks met inachtneming van een oproepingstermijn van tenminste veertien dagen, de dag van de verzending van de oproep en de dag van de vergadering niet meegerekend. 
6. In spoedeisende gevallen, zulks ter beoordeling van het bestuur, kan de termijn van veertien 
dagen, genoemd in lid 5, worden verkort tot zeven dagen. 

7. In geval de bijeenroeping van een algemene vergadering plaats heeft door de in lid 4 bedoelde verzoekers, heeft deze bijeenroeping plaats door plaatsing van een oproep in het verenigingsblad van de vereniging met vermelding van de te behandelen punten of indien geen verenigingsblad wordt uitgegeven of plaatsing van de oproep daarin om welke reden ook binnen een redelijke termijn niet mogelijk blijkt, door plaatsing van de oproep in tenminste een in de gemeente, waarbinnen de vereniging haar zetel heeft, veel gelezen dagblad met vermelding van de te behandelen punten, dan wel, indien de agenda voor de leden op een daartoe geschikte plaats ter inzage wordt gelegd, de vermelding daarvan.

SAMENSTELLING ALGEMENE VERGADERING 
Artikel 18. 

1. Toegang tot de algemene vergadering hebben alle leden, voor zover zij niet ten tijde van de 
vergadering als lid zijn geschorst. 
2. In afwijking van het in lid 1 bepaalde heeft een geschorst lid, overeenkomstig artikel 9 lid 6, 
toegang tot de vergadering waarin het besluit tot schorsing wordt behandeld en is bevoegd 
daarover het woord te voeren. 
3. Het bestuur kan aan andere personen dan de leden van de vereniging toegang tot de 
vergadering verlenen. 

BESLUITVORMING ALGEMENE VERGADERING
Artikel 19. 

1. Alle leden, die ten tijde van de vergadering niet geschorst zijn, hebben stemrecht en wel ieder juniorlid een stem en ieder seniorlid drie stemmen.
2. Ieder stemgerechtigd lid is bevoegd zijn stem te doen uitbrengen door een daartoe schriftelijk gemachtigd ander stemgerechtigd lid, dat echter in totaal niet meer dan de stemmen van twee leden, zijn eigen stem(men) inbegrepen, kan uitbrengen. Door wettelijke vertegenwoordigers kan als zodanig niet het stemrecht worden uitgeoefend. 
3. Tenzij in deze statuten anders is bepaald worden alle besluiten genomen met volstrekte 
meerderheid van de uitgebrachte geldige stemmen. 
4. Blanco stemmen worden niet als uitgebrachte stemmen geteld. Als ongeldige stemmen worden in ieder geval aangemerkt uitgebrachte stembiljetten, die naar het oordeel van de voorzitter op advies van de stemcommissie: 

a. ondertekend zijn; 
b. onleesbaar zijn; 
c. een persoon niet duidelijk aanwijzen; 
d. de naam bevatten van een persoon, die niet kandidaat gesteld is; 
e. voor iedere verkiesbare plaats meer dan een naam vermelden; 
f. meer bevatten dan een duidelijke aanwijzing van de persoon, die is bedoeld. 

5. Alle stemmingen over zaken geschieden mondeling, die over personen schriftelijk door middel van gesloten ongetekende briefjes, een en ander tenzij de voorzitter zonder tegenspraak uit de vergadering een andere wijze van stemmen bepaalt of toelaat. 
6. Staken de stemmen over een voorstel, dat niet de verkiezing van personen betreft, dan is het voorstel verworpen. 
7. Verkrijgt bij verkiezing van personen, hetzij uit een bindende voordracht hetzij bij een vrije 
verkiezing, niemand bij de eerste stemming de volstrekte meerderheid der uitgebrachte geldige stemmen, dan wordt een tweede stemming casu quo tweede vrije stemming gehouden; verkrijgt ook dan niemand de volstrekte meerderheid der uitgebrachte stemmen, dan vindt een herstemming plaats tussen de twee personen, die de hoogste stemmencijfers hebben behaald of tussen de persoon, die het hoogste stemmencijfer heeft behaald en degenen, die het op een na hoogste stemmencijfer heeft behaald. Is op meer dan twee personen het hoogste stemmenaantal uitgebracht of is op twee of meer personen het een nahoogste-stemmencijfer uitgebracht, dan vindt tussen hen een tussenstemming plaats om vast te stellen wie in der herstemming komen. Staken bij de tussenstemming of bij de herstemming de stemmen, dan beslist het lot. 
8. Een in de algemene vergadering door de voorzitter uitgesproken oordeel omtrent de uitslag van een stemming is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud van een genomen besluit, voor zover gestemd werd over een niet schriftelijk vastgelegd voorstel. 
9. Wordt echter onmiddellijk na het uitspreken van het in het vorige lid bedoelde oordeel de 
juistheid daarvan betwist, dan wordt zonodig het te nemen besluit schriftelijk vastgelegd en vindt een nieuwe stemming plaats, wanneer de meerderheid van de vergadering of, indien de 
oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of schriftelijk geschiedde, een stemgerechtigde aanwezige dit verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming. 
10. Van het verhandelde in elke algemene vergadering worden door de secretaris of door een door deze aangewezen notulist notulen gehouden

BEVOEGDHEDEN ALGEMENE VERGADERING 
Artikel 20. 

1. Aan de algemene vergadering komen in de vereniging alle bevoegdheden toe, die niet door de wet of de statuten aan een ander orgaan van de vereniging zijn opgedragen. 
2. De algemene vergadering kan personen aanwijzen en commissies instellen en aan hen 
beslissingsbevoegdheid toekennen. Deze personen en commissies zijn organen als bedoeld in 
artikel 5. De werkwijze en organisatie alsmede de taken en bevoegdheden van deze organen 
worden met inachtneming van het in deze statuten bepaalde zo nodig nader geregeld in het 
huishoudelijk reglement of in afzonderlijke reglementen, welke reglementen worden vastgesteld door de algemene vergadering. 
3. De in het vorige lid bedoelde reglementen mogen niet in strijd zijn met de wet, ook waar het bepalingen betreft, die niet van dwingend recht zijn noch met deze statuten. 

STATUTENWIJZIGING 
Artikel 21. 

1. De statuten kunnen slechts worden gewijzigd door een besluit van de algemene vergadering, waartoe is opgeroepen met de mededeling, dat in de te houden vergadering een voorstel tot statutenwijziging zal worden behandeld. 
2. Zij, die de oproeping tot de algemene vergadering, waarin een voorstel tot statutenwijziging zal worden behandeld, hebben gedaan, moeten tenminste veertien dagen voor de algemene 
vergadering een afschrift van het voorstel, waarin de voorgestelde wijziging woordelijk is 
opgenomen, op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter inzage leggen tot na afloop van de dag waarop de vergadering wordt gehouden. 
3. Een besluit tot statutenwijziging kan slechts worden genomen, met een meerderheid van 
tenminste tweederde der geldig uitgebrachte stemmen in een algemene vergadering, waarinzoveel leden aanwezig zijn, dat tenminste de helft van het aantal stemmen van alle leden kan  worden uitgebracht. 
4. Indien in een algemene vergadering, in welke krachtens het vorige lid een quorum vereist is, dit quorum niet aanwezig is, wordt een tweede vergadering bijeen geroepen, niet eerder dan twee weken en niet later dan vier weken na de eerste vergadering. Deze tweede vergadering is bevoegd het besluit tot statutenwijziging te nemen, mits met een meerderheid van tenminste tweederde gedeelte der uitgebrachte geldige stemmen, ongeacht het aantal stemmen, dat ter vergadering kan worden uitgebracht. 
5. Een wijziging van de statuten behoeft de goedkeuring van de KNZB, zolang de vereniging lid van de KNZB is. 
6. Een wijziging van de statuten treedt niet eerder in werking dan nadat hiervan een notariële akte is opgemaakt. Ieder bestuurslid is afzonderlijk tot het doen verlijden van deze akte bevoegd.

ONTBINDING EN VEREFFENING 
Artikel 22. 

1. Behoudens het bepaalde in de artikelen 16, 17 en 19 van Boek Burgerlijk Wetboek wordt de 
vereniging ontbonden door een daartoe strekkend besluit van de algemene vergadering, waartoe is opgeroepen, met de mededeling, dat in de te houden vergadering een voorstel tot ontbinding zal worden behandeld. 
2. Het bepaalde in artikel 21 leden 2, 3 en 4 is van overeenkomstige toepassing. 
3. Indien bij het besluit tot ontbinding geen andere vereffenaars zijn aangewezen geschiedt de 
vereffening door het bestuur met inachtneming van de bepalingen daaromtrent in Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. 
4. Het na ontbinding overblijvende batig saldo moet worden teruggestort in de gemeentekas tot de hoogte van de verstrekte subsidies en het eventueel resterende gedeelte wordt bestemd op de wijze te bepalen door de vergadering waarin tot ontbinding wordt besloten of bij gebreke van een daartoe strekkend besluit op de wijze door het bestuur te bepalen, doch in ieder geval op een wijze die het doel van de vereniging zoveel mogelijk nabij komt. 
5. Na de ontbinding blijft de vereniging voortbestaan, voor zover dit tot vereffening van haar 
vermogen nodig is. Gedurende de vereffening blijven de statuten en reglementen voor zover mogelijk van kracht. In stukken en aankondigingen, die van de vereniging uitgaan, moeten dan aan haar naam worden toegevoegd de woorden "in liquidatie". 

 

SLOTBEPALING 
Artikel 23. 

In alle gevallen, waarin de wet, de statuten of de reglementen van de vereniging niet voorzien, beslist het bestuur.

 

INWERKINGTREDING 
Artikel 24.

Deze statuten treden in werking op de eerste dag volgende op de dag, waarop van deze gewijzigde statuten een notariële akte is opgemaakt. 

GOEDKEURING KNZB 
Deze statuten zijn geheel eensluidend met het aan deze akte gehechte ontwerp daarvan, waarop de goedkeuring van de KNZB is verkregen blijkens een op dat ontwerp gestelde verklaring. 

De comparanten zijn mij, notaris, bekend, terwijl de identiteit van de comparanten door mij, notaris, is vastgesteld.

 

WAARVAN AKTE in minuut is verleden te Lelystad op de datum als in het hoofd dezer akte vermeld. Na zakelijke opgave van de inhoud van deze akte aan de comparanten hebben dezen eenparig verklaard van de inhoud van deze akte te hebben kennisgenomen en op volledige voorlezing daarvan geen prijs te stellen. 
Vervolgens is deze akte na de beperkte voorlezing onmiddellijk door de comparanten en mij, notaris, ondertekend. 

bottom of page